Zover als men dat kan vaststellen is TCM al minstens 5000 jaar oud en evolueert dan ook al zo lang. De Chinezen gaan er vanuit dat wij mensen onderdeel zijn van de natuur. In de natuur zie je een telkens terugkerende cyclus die wij winter, herfst, lente en zomer hebben genoemd. Deze cyclus, zo stellen de Chinezen, zie je ook terug in de mens. Een ander belangrijk uitgangspunt is dat alles wat wij als mens nodig hebben te vinden is in die zelfde natuur. Door de natuur te observeren leer je de mens kennen.
"Een goede dokter voorkomt dat je ziek wordt, een slechte dokter behandelt ziekten". Deze zin komt uit een klassieke tekst geschreven door de Gele Keizer. Het geeft aan dat TCM een preventieve benadering heeft. Daar zit dan ook een belangrijk verschil met onze westerse geneeswijze. In het oosten richt men zich op gezondheid en in het westen op ziekten. Om nog maar een verschil aan te geven: in het westen doet men aan symptoombestrijding. Je gaat naar de dokter met een pijntje, deze schrijft een pilletje voor en het pijntje verdwijnt. In het oosten gaat men er vanuit dat dat pijntje een signaal van je lichaam is. Als het aan de binnenkant niet goed is, dan zal je dat aan de buitenkant kunnen zien en voelen. Een Chinese dokter gaat dan ook op zoek naar de oorzaak, holistisch noemt men dat.
Nog een uitgangspunt van TCM: je wordt ziek van externe of interne factoren. Koude, wind, warmte, vocht etc. zijn externe factoren. Interne factoren zijn een disbalans in de organen en emoties. Met een disbalans bedoelt de Chinees dat er te veel van het een en te weinig van het ander is. Om daar voorbeelden van te geven, er is teveel koude in het lichaam, of het bloed stroomt niet waar het wezen moet, of er zijn droogte verschijnselen. Al deze verschillende vormen van disbalans kennen hun eigen symptomen en laten zich dan ook aan de buitenzijde zien of voelen.
De huid, de tong en de pols zijn dan ook belangrijke informatiebronnen. Maar ook een gesprek met de patiënt waarbij goed wordt uitgevraagd wat naast de hoofdklacht ook nog neven klachten zijn en goed kijken naar de houding, de ogen, luisteren naar de kracht van de stem, naar de ademhaling etc., levert veel bruikbare informatie op. Hiermee kan een diagnose worden gesteld.
Na het stellen van een diagnose volgt een behandelplan. Die diagnose laat vaak zien dat het disfunctioneren van het één invloed uitoefent op het ander. Bijvoorbeeld, is de nier uit balans dan heeft dat vaak ook invloed op de blaas en op de lever. Het behandelplan kan dan ook gericht zijn op meerdere organen of meridianen. In het behandelplan worden vaak meerdere oplossingen tegelijk opgenomen. Een voedings- en kruidenadvies ondersteund met acupunctuur, cupping, tuina, moxa, beweging en of meditatie. Zo'n behandelplan is vaak gericht op leefstijlverandering.
Wat mij vooral aanspreekt in TCM is de focus op gezondheid, het verbeteren van de weerstand en het zelfherstellend vermogen van het lichaam, het geheel bekijkend, met veel aandacht voor de patiënt, gebaseerd op natuurlijke principes.
In het westen ziet men het lichaam als een machine in het oosten als een tuin. Ook dat vind ik een mooie benadering.